Ik moet even wat zeggen. Al anderhalf jaar schrijft mijn personeel over Kwispelstaart. Best leuk hoor, maar ik woonde hier eerder. Laat ik mezelf meteen even voorstellen. Ik ben kat Anne-Fleur van Nijenrode tot Amelisweerd, roepnaam Fleur. Hoe ik aan die sjieke naam kom? Laat me het je vertellen.
Bijna zes jaar geleden woonde ik met een groep andere katten heel relaxed op een landgoed in Breukelen. Beetje scharrelen, af en toe een muis of een vogel vangen, dutje doen, het betere kattenleven. Een ding: ik woonde buiten, of wij allemaal woonden buiten. Zonder personeel, een dak en warme kussens bij de verwarming. Tot de dag dat we ineens allemaal gevangen werden en naar binnen moesten. Ik vond het in het begin verschrikkelijk, dat binnen wonen. Na een tijdje begon het wat te wennen daar binnen bij het asiel. Een beetje in een groep hangen, nooit meer een natte vacht en ik hoefde niet eens meer te rennen voor mijn avondeten. Het werd gewoon voor mijn neus gezet en ik kon dineren.
Ik heb sinds vijf jaar een huis met personeel en het bevalt me uitstekend. Het personeel dringt zich niet op, als ik zin heb in kopjes, dan geef ik die, zo niet: dan niet. Personeel vindt het allemaal goed. De eerste drie jaar hier waren de kattenhemel wat dat betreft.
Maar ineens kwam er een Kwispelstaart. Uit protest heb ik twee weken op de vensterbank gezeten. Gelukkig was die Staart ’s nachts achter een deur en kon ik overal weer die luchtjes wegpoetsen, wat een werk zeg. Ik heb een paar weken boos naar het personeel gekeken, maar de situatie met Staart bleef. Accepteren dus maar.
Kwispelstaart weet inmiddels prima dat ík de baas in huis ben. Als Staart op het kussen ligt en de zon schijnt er precies goed op, dan weet ze dat als ik die kant op wandel, ze meteen op mag krassen. Overigens: uit mijn etensbak moet ze ook blijven. Ik jat wel af en toe voer van haar, maar dat moet ze maar accepteren. Verder heeft Kwispelstaart ook wel voordelen hoor, ze houdt in de winter de plekjes warm als ik even mijn poten moet strekken, ze heeft een vacht die ideaal is om zachtjes door gekrabbeld te worden als ik er goed voor ga staan en er zijn zo veel meer warme ligplekjes in huis, perfect in het zonnetje. Eigenlijk is het best goed toeven hier en ik zou nooit meer terug willen naar dat buitenleven.