Beeld: Manon Sas

6 oktober 2023 – De Zuidwester ging deze editie in gesprek met een wijkverpleegkundige. En, zo bleek, deze professional vervult een belangrijke rol binnen de wijk.

Tekst: Anne Rietveld

“Wat een leuk tentje”, reageert Tomas Bruineman als we elkaar ontmoeten in Koffiemaatjes. Tomas is sinds anderhalf jaar wijkverpleegkundige bij zorgaanbieder AxionContinu, werkzaam onder andere in de wijk Kanaleneiland en Transwijk. Hij woont daarnaast ook met veel plezier op Kanaleneiland met twee huisgenoten. Op de fiets naar het werk dus, wat een luxe. En dat terwijl de wijkverpleging tijdens zijn opleiding niet hoog op zijn lijstje stond. “Tijdens de opleiding dacht ik dat de wijkverpleging een beetje knullig zou zijn, totdat ik mijn laatste stage bij Axion Continu deed. Tijdens mijn stage bleek dat je als wijkverpleegkundige juist veel vrijheid hebt. Het is op bepaalde punten een solistische functie: je komt in je eentje bij een cliënt thuis en je gaat eventuele problemen in samenspraak met de cliënt en de familie oplossen. Daarnaast werk ik ook samen met andere wijkverpleegkundigen. Ook heb ik korte lijntjes met bijvoorbeeld de huisarts en de apotheek. We hebben eens in de zoveel weken een overleg met alle betrokken professionals in de wijk. Als wijkverpleegkundigen zijn wij voor een deel de handen en de ogen van de huisarts. Na het afronden van mijn stage, mocht ik direct in dienst komen bij AxionContinu.”

Een goed en vlot begin van zijn carrière dus. Maar het is hard werken als verpleegkundige in de wijk. Tomas start zijn dag samen met zijn team rond 7.00 uur ’s ochtends. “Cliënten zijn van tevoren onderverdeeld in routes. Als wijkverpleegkundige heb je meestal tussen de vijf en twaalf cliënten op een dag.” Op de fiets gaat hij vervolgens van de ene cliënt naar de andere. Bij sommige cliënten is hij wat langer dan bij anderen. Dat heeft te maken met de zorgzwaarte. Hij start in ieder geval altijd met een praatje. “Het zorgmoment draait om meer dan alleen dat iemand verschoond wordt. Sommige cliënten hebben wondverzorging nodig. Bij andere cliënten praat ik over problemen waar ze tegenaan lopen. Bijvoorbeeld depressies of geldzorgen. Ik ben voor cliënten het aanspreekpunt. Vervolgens kan ik namelijk andere professionals inschakelen om de cliënt en zijn of haar familie te ondersteunen. Zoals bijvoorbeeld het buurtteam.” In de middag fietst hij terug naar kantoor, aan de Van Bijnkershoeklaan, voor administratieve taken, overleg met andere collega’s en het rapporteren van dingen die hem tijdens de route zijn opgevallen.

Tijdens zijn route loopt Tomas er ook weleens tegenaan dat mensen zorg weigeren. Zo vinden mensen het niet altijd prettig om verzorgd en verpleegd te worden door een mannelijke verpleegkundige. “We kondigen altijd bij de intake aan dat er in ons team zowel vrouwelijke als mannelijke verpleegkundigen zijn. Maar het komt weleens voor dat ik aanbel en cliënten het niet fijn vinden als ik hen verzorg. Die keuze respecteer ik. De volgende dag komt er iemand anders.”

Op de vraag wat het werken in de wijk Kanaleneiland en Transwijk zo interessant maakt, antwoordt Tomas: “Ik vind de variatie en de verschillende culturen in deze wijk het leukst. Het is een diverse cliëntengroep met uiteenlopende zorgvragen. Zo wonen sommige mensen hier al zeventig jaar en andere mensen wonen hier nog maar net. Een ander leuk aspect aan mijn werk is, is dat ik bij de mensen thuiskom. Ik ben dan te gast en vind het belangrijk dat een cliënt zijn of haar eigen keuzes kan maken.”